Home
» Wiki
»
De Tarantula-nevel verschijnt prachtig door de ogen van de Hubble-telescoop
De Tarantula-nevel verschijnt prachtig door de ogen van de Hubble-telescoop
De Hubble-ruimtetelescoop bewijst keer op keer dat hij van onschatbare waarde is voor het astronomisch onderzoek. Hij heeft de mensheid een unieke foto laten zien waarop de zeldzame schoonheid van de Tarantula-nevel te zien is.
Het universum is voortdurend in beweging en brengt nieuwe en wonderbaarlijke dingen voort die de mens nog niet kent. Deze schitterende afbeelding van de Hubble-ruimtetelescoop toont een bruisend stervormingsgebied dat de Tarantula-nevel wordt genoemd. De nevel dankt zijn naam aan zijn complexe, webachtige interne structuur en bevindt zich in een satellietsterrenstelsel van de Melkweg, de zogenaamde Grote Magelhaense Wolk. Astronomen beschouwen de nevel vaak als een belangrijk onderzoeksgebied op het gebied van stervorming en evolutie.
Deze nieuwe afbeelding toont de randen van de nevel, verder weg van het centrale gebied. In het centrum van de nevel bevinden zich reuzensterren met een massa die 200 keer zo groot is als die van de zon, maar aan de “rand” is het tafereel wat rustiger.
De Grote Magelhaense Wolk is een dwergsterrenstelsel op een afstand van ongeveer 160.000 lichtjaar in de sterrenhopen Dorado en Mensa.
De hier getoonde nevel bevat blauw gas, oranjebruine stofvlekken en verspreide veelkleurige sterren. Sterren in en achter de stofwolken lijken roder dan sterren die niet door stof worden verduisterd. Stof absorbeert en verstrooit blauw licht meer dan rood licht, waardoor er meer rood licht de sensor van de Hubble-telescoop bereikt, waardoor de sterren roder lijken dan ze in werkelijkheid zijn. Deze afbeelding combineert ultraviolet en infrarood licht, evenals zichtbaar licht.
Door Hubble-waarnemingen van stofnevels in de Grote Magelhaense Wolk en vele andere sterrenstelsels te analyseren, kunnen onderzoekers deze verre stofdeeltjes bestuderen. Zo krijgen ze meer inzicht in de rol van kosmisch stof bij de vorming van nieuwe sterren en planeten.
Jonge sterren zenden veel straling uit en stralen veel, zelfs meer dan oudere sterren, zoals onze zon. Stervorming vindt plaats wanneer er in een gebied zoveel dicht stof en gas is dat er klonten ontstaan. Deze klonten trekken door de zwaartekracht steeds meer materiaal aan en vormen uiteindelijk klonten die de kern vormen van jonge sterren, de zogenaamde protosterren.
Hoewel er nog steeds discussie is over de exacte snelheid waarmee sterren in de Melkweg worden gevormd, is het algemeen bekend dat ons sterrenstelsel veel meer sterren produceert dan een ander nabijgelegen sterrenstelsel, het Andromedastelsel. De Grote Magelhaense Wolk, een veel kleiner sterrenstelsel, kent echter een hoge stervormingssnelheid en bevindt zich ook in de buurt, waardoor het een ideaal 'laboratorium' is voor het bestuderen van stervorming. Moderne ruimtetelescopen zoals Hubble en James Webb leveren nieuwe informatie op over hoe sterren ontstaan in dit drukke naburige sterrenstelsel.