Voor velen zijn 'Mac' en 'gamen' twee bijna tegenovergestelde concepten die niet bij elkaar passen. Maar weinig mensen weten dat Apple een lange en tumultueuze geschiedenis heeft in de gamewereld, met ongelooflijke hoogte- en dieptepunten. Elke keer dat het erop lijkt dat Apple een 'gaming-imperium' gaat worden, nemen ze beslissingen die alles ruïneren, om het vervolgens in alle stilte weer vanaf nul op te bouwen. Gamen op de Mac lijkt momenteel populair te zijn en het is tijd om terug te blikken op de hobbelige maar opwindende reis die de app heeft afgelegd.
De glorieuze begindagen: Apple II - de legendarische spelcomputer
In 1977 kwam de Apple II uit en deze groeide snel uit tot een van de belangrijkste gameplatforms in de geschiedenis. Het was een van de eerste personal computers die een kleurendisplay met scherpe graphics ondersteunde (naar de normen van die tijd). De Apple II werd 16 jaar lang in veel verbeterde versies verkocht. Er werden in totaal zo'n 5-6 miljoen exemplaren verkocht. De Apple II werd een vertrouwd beeld op scholen.

De gamebibliotheek van de Apple II is zo groot dat het moeilijk is om een nauwkeurige telling bij te houden. Op de website van MobyGames staan bijna 3.000 titels vermeld, maar het werkelijke aantal kan veel hoger liggen als je versies waarvoor speciale hardware nodig is, meerekent. Het is de moeite waard om te weten dat veel klassieke titels voor het eerst op de Apple II verschenen, zoals Prince of Persia en Oregon Trail, naast een heleboel andere hits, zoals Castle Wolfenstein, Karateka, Wizardry en Choplifter.
Je zou kunnen zeggen dat als je in de jaren 80 een gamer was, je met een Apple II genoot van een van de beste game-ervaringen van die tijd.
Eerste stap terug: de originele Macintosh
Na het overweldigende succes van de Apple II verwachtten mensen dat Apple een nog beter product op de markt zou brengen. Maar de werkelijkheid is precies het tegenovergestelde. De eerste Macintosh (1984) had alleen een zwart-witscherm en was meer gericht op zakenmensen en kantoorpersoneel dan op gamers.

Ondanks de scherpe graphics en een aantal speciaal ontwikkelde games, kon de Macintosh niet tippen aan de enorme en kleurrijke gamebibliotheek van de Apple II. Veel gebruikers hielden zelfs de Apple II om te kunnen blijven gamen, terwijl de Macintosh werktaken overnam.
Natuurlijk kun je de Macintosh niet geheel de schuld geven, omdat het apparaat niet bedoeld is als spelcomputer. Het is duidelijk dat Apple zijn gevestigde reputatie in de gamesector heeft verloren, waardoor er kansen zijn ontstaan voor andere concurrenten om het bedrijf voorbij te streven.
De tweede gouden eeuw
Vanaf de Mac II kwamen de kleuren weer terug op Apple-computers, en dat bracht een explosie aan eersteklas gametitels met zich mee. Dit is het moment waarop Mac de beste keuze is als je de meest geavanceerde multimediagamingtechnologie wilt ervaren.
Namen als Myst, Marathon (van Bungie, de voorloper van Halo), SimCity, Civilization en The Journeyman Project brachten live-action video, digitale audio en vroege 3D-graphics naar Apple-gebruikers. Ook al zijn deze games beschikbaar op meerdere platformen, toch wordt de Mac-versie vaak hoger beoordeeld vanwege de betere prestaties.
Pippin-ramp: consoledromen in duigen
In 1996 waagde Apple zich op de consolemarkt via een samenwerking met Bandai, genaamd Pippin. Dit is een Mac die speciaal is ontworpen voor gamen, maar waarop je ook andere software kunt draaien. Apple hoopte dat de Pippin een toegangspoort tot ieders huiskamer zou zijn, maar de zaken liepen al snel uit de hand.

Het grootste probleem was de prijs: $ 599 (tegenwoordig $ 1.200), 2 tot 3 keer duurder dan consoles van Nintendo of Sony. Voor die prijs is het geen verrassing dat gebruikers de Pippin niet hebben gekocht. Er werden er slechts 42.000 verkocht en het project werd al snel stopgezet.
Het Intel-tijdperk: Bootcamp en de dood van native gaming
In de jaren 2000 stapte Apple over van PowerPC-chips naar Intel, waardoor het mogelijk werd om Windows via Bootcamp te draaien. Hierdoor kunnen gamers Windows opstarten en eenvoudig pc-games spelen.
Het leek een stap vooruit, maar Bootcamp bleek een tweesnijdend zwaard. Ontwikkelaars hebben geen reden meer om native games voor macOS te maken, omdat gebruikers nu al Windows-games op de Mac kunnen spelen. Hierdoor is de Mac-gamingmarkt traag.
Het Apple Silicon-tijdperk: nieuwe hoop
In 2020 nam Apple officieel afscheid van Intel en stapte over op het gebruik van eigen ontworpen chips: Apple Silicon. Dankzij hun superieure kracht, energiebesparing en efficiënte warmteafvoer hebben de M1-, M2-, M3- en M4-chips een nieuw hoofdstuk geopend voor gamen op de Mac.

Goed geoptimaliseerde games zoals Baldur's Gate 3 of Resident Evil Village draaien extreem soepel, zelfs vergelijkbaar met high-end pc-spelcomputers. Maar er zijn nog steeds barrières, zoals de gepatenteerde Metal API of Apple's plotselinge verwijdering van 32-bits ondersteuning, waardoor duizenden oudere games onbespeelbaar zijn.
Zal de geschiedenis zich herhalen?
Apple's reis in de gamewereld is een aaneenschakeling van gedurfde beslissingen, kostbare fouten en onvermoeibare pogingen om terug te vechten. Dankzij de kracht van Apple Silicon heeft de Mac nu de grootste kans om een geducht gamingplatform te worden.
Maar de grote vraag blijft: Meent Apple het gamen écht serieus, of gaat het net als in het verleden alles verpesten? Alleen de tijd zal het leren.
Wat denk je over de toekomst van gamen op Mac? Deel uw mening met ons!